Wat ik, in de wereld van Dementie, vaak tegen kom is Schaamte…. Dit wordt zelden benoemd en door mantelzorgers zelden ervaren, maar is heel erg aanwezig.
Mensen die de diagnose Dementie krijgen, voelen dit in ieder geval wel: schaamte om de diagnose, schaamte om dingen openlijk te vergeten, schaamte om controle te moeten loslaten, schaamte over de toekomst.
Inge is zo iemand: ze werkte in de zorg en wist, na de diagnose, precies wat haar te wachten stond. Iedere dag schaamde ze zich, omdat er kleine dingen in huis niet meer lukte terwijl ze altijd zo handig en snel was geweest. Koffie zetten, koken, tuinieren, kleine klusjes; ze hoefde er niet eens bij na te denken en nu moest dat wel. En soms lukte het niet. “Ik schaam me kapot”, zei ze me.
Of boodschappen doen: mensen zien niet dat je dementie hebt en zuchten en steunen dat je in de wegloopt, dat je de rij bij de kassa ophoudt omdat je je pincode niet meer weet, dat je je boodschappen niet vlot inpakt. Gelukkig zijn er ook vaak lieve mensen die je willen helpen, maar de schaamte zit diep van binnen.
Alsof Dementie een zwakte is die je overkomt. Die je had kunnen voorkomen. Waar je tegen kunt vechten. Nee, dementie is pech, zit soms in de familie en heeft soms ook een onderliggende oorzaak in andere aandoeningen.
Dus nee, je kunt er niets aan doen, maar jij schaamt je kapot.
Je partner of je dochter weet dit vaak niet eens en vandaar dit verhaal. Als omstander zie je angst, verdriet en controle verlies, maar de schaamte zit diep van binnen.
Praat er over en probeer het niet af te zwakken. Of om de slogan van SIRE wat om te buigen: Praat over deze schaamte, niet er overheen!